dinsdag 20 december 2011

Daddy Very Cool

Een zottekeskot. Dat is het hier geweest de voorbije dagen. Het ene bezoek, afspraak of uitstapje na het andere. Elke keer die race tegen de klok om de tweeling op tijd klaar te krijgen, gevoed, gewassen en gekleed. En als je denkt dat je na een tijdje de routine ervan wel te pakken krijgt, dan krijg je gegarandeerd een doktersafspraak net op het uur van een voeding en sta je al uren van tevoren te twijfelen wat te doen: de tweeling forceren en vroeger een fles of borst in de mond proppen, of oordopjes meenemen en hopen dat ze je daar geen extra uur laten wachten. Maar al bij al lukt dat wel behoorlijk.

Het enige dat we nog moeten leren is om niet 'nog even' bij de bakker/slager/supermarkt/post binnen te willen springen onderweg. Na een bezoekje aan tante G, waarbij ons autootje al overladen was met twee maxi-cosy's plus inhoud, een ineengevouwen kinderwagen, twee regenkappen, een XXL verzorgingstas en twee volwassenen met de knieën in de nek (wij, voorin), keken we elkaar aan: moe en geen zin om te koken, dus waarom springen we onderweg niet even de supermarkt binnen? We hebben toch nog wat spulletjes nodig (pampers en diepvriespizza's) en we hebben nog tijd voor de volgende voeding en ze liggen zo lekker te slapen achterin. Juist, ja. Waarom niet? En zo parkeerden we op de parking en stapte Allerliefste gezwind de auto uit. 'Even het hoognodige halen'. 'Zo terug'. Fijn, ja.

Tien minuten later worden ze al een eerste keer wakker. Brullen. Om de deur van de auto niet open te moeten doen en de koude niet binnen te laten, draai ik me in bochten die ik nooit eerder voor mogelijk had gehouden (ook niet die keer toen ik als tiener vast kwam te zitten in een speleobox) om op de tast een tut op te vissen uit één van de maxi-cosy's en in de bijhorende mond te steken.
Het wordt weer stil.

Nog eens vijf minuten later. Protest van op de achterbank. Ik draai de radio wat luider en zing uit volle borst mee. Nee, ik ga de protesteerders niet te woord te staan. Negeren is de nieuwe tactiek, stijl: Occupy Wall Street en de reactie van Wall Street: nihil.
Het protest ebt weg.

Nog eens tien minuten later (waar blijft Allerliefste toch? Het is nu echt wel stilaan tijd voor hun voeding...). Hernieuwd gebrul. Grrrr... Ik zet de motor weer aan, de chauffage op de hoogste stand en m'n ecologisch hartje uit.
Stilte doet opnieuw z'n intrede (opluchting vooraan in de auto).

Weer verstrijken vijf minuten. Enkele kuchjes van op de achterbank laten me weten dat ze nog steeds niet akkoord gaan. Ik rij twee meter achteruit zodat ik een blik kan werpen op de uitgang. Nog steeds geen Allerliefste te bespeuren. Ik rij terug twee meter vooruit m'n parkeerplaatsje in. Dit stukje herhaal ik drie keer in nog eens vijf minuten. En dan zet ik de motor maar weer uit.

In het volgende kwartier knaag ik afwisselend op m'n stuur, m'n lippen en m'n nagels, kwaad op Allerliefste dat hij uitgerekend vandaag zijn gsm moest vergeten thuis. Het ene moment brul ik eens hard mee met de radio, het andere gaat de tweeling in de tegenaanval op geheel anarchistische wijze. En tussendoor doe ik hen maar de complete planning voor de komende tien weken uit de doeken in de hoop dat verveling slaapverwekkend werkt. Tot uiteindelijk Allerliefste in m'n zichtsveld opduikt. Met een volgeladen kar.

Alleen het hoofdnoodzakelijke? En dat met een koffer die al aardig vol zit? Slik slik slik. Dit is niet het moment om uit te vliegen. In de plaats kies ik ervoor hem lekker te laten sukkelen met de pogingen alle 'hoofdnoodzakelijke' boodschappen in de koffer te persen. 'Haast je, ze hebben honger,' is het enige wat ik niet kan inhouden.

'Jaja,' is het antwoord, en met ontspannen tred gaat hij het karretje wegbrengen. Ik manoeuvreer de auto uit de parkeerplaats om te kunnen in oogschouw nemen hoe Allerliefste gemoedelijk naar de rij winkelkarretjes wandelt, zijn karretje erachter in duwt en vast komt te zitten. Daarna veel getrek en geduw en telkens weer dat zelfde probleem: het karretje wilt er niet ver genoeg in.

M'n stuur moet er nu helemaal aan geloven. Dit is niet voor mogelijk te houden. Allerliefste wordt aangesproken door een voorbijganger. Jaja, gaat niet. Haha. Met twee staan ze nu over de karretjes gebogen. Een tweede en derde voorbijganger stoppen. Vier paar handen gaan omhoog richting haar. Ik begin aan de stompjes van m'n nagels en bezweer de tweeling dat als zij me dit ooit nog eens lappen, dat er wat zal zwaaien dan. Een vierde voorbijganger doet nu teken naar Allerliefste. Ze wisselen kleingeld. Wat een geweldig idee: neem het karretje over, ja. Ai, nee. Het klopt niet. De vierde voorbijganger tast nog eens in z'n zak en steekt Allerliefste nog wat meer kleingeld toe. Ja, nu klopt het wel. Allerliefste en voorbijgangers een, twee en drie lachen allemaal. En dan keert hij zich ein-de-lijk naar ons om met een brede glimlach in te stappen, recht in de tornado van m'n humeur.

Kleine voetnoot: ik heb sinds enkele dagen voor het eerst sinds m'n zwangerschap (en bij uitbreiding sinds m'n behandelingen) m'n regels...

Epiloog: ik kies de snelste weg naar huis... recht de file in. Over een afstand van anderhalve kilometer doen we nog eens bijna veertig minuten... Gnagnagnargh... Tegen de tijd dat ik de tweeling eindelijk het huis binnendraag, zijn ze helemaal op, krijgen ze amper een slok binnen en staan Allerliefste en ik op het punt van scheiden.

Epiloog bis: de dag erna is het voorval weer vergeten. Scheiden? Wij? Mah nee...

2 opmerkingen:

  1. Haha, ik zou af en toe precies zo'n verhaal kunnen plaatsen. En als ze dan ook heel ontspannen en zich van geen kwaad bewust eindelijk weer eens komen aanlopen hè? Pff, op ontploffen sta ik dan! Maar ach, ze bedoelen het goed, die kerels ;-)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hahahaha wat heeeeerlijk herkenbaar. Nu zit ik niet meer met een kleine baby, maar ohh wat weet ik het nog goed, dat het ECHT WEL uitmaakt wanneer ze moeten eten en drinken en dat De Man dan op z'n doooooie akkertje zonder ook maar iets van haast z'n dingen doet terwijl jij je opvreet in de auto. Aarghh. Nog even en het wordt iets makkelijker, een ritje naar de winkel enzo.

    BeantwoordenVerwijderen