maandag 28 februari 2011

Bath-talk

Het gebeurt zo af en toe op zaterdag en zondag dat we lekker niks doen. (Eigenlijk gebeurt dat op de meeste zaterdagen en zondagen. Daarom is de helft van onze muren nog steeds niet geverfd en staat onze normaal gezien ruime overloop nog vol met dozen, maar dit terzijde.) Gisteren bestond onze dag erin samen oneindig lang in bad te plonsen (tot twee maal toe nieuw warm water erbij gedaan. Heel decadent, ja. Niet zo eco maar oh zo gezellig). En samen gezellig gepraat over jobs, over de verschillende opties die opeens mijn pad zijn gekruist.

Toen ik me in een monoloog lanceerde over de vraag of ik nu eigenlijk moest kiezen tussen een job voor het geld en de zekerheid of een job die ernaar streeft een droomjob te zijn, wees Allerliefste me er fijntjes op dat mijn vorige mega-unieke-kans-job me niet ver had gebracht (was toen een grote teleurstelling geworden). Hij zet zich een beetje rechter, waarbij er bijna een guts water over de rand vloog en terwijl ik plots meer plaats had gekregen en me beter installeerde, zag ik natuurlijk dat hij gelijk had.

Het onderwerp werd nog wat van verschillende standpunten bekeken, tot we uiteindelijk beslisten dat als die man van die vacature van dossierbeheerder echt mij zo graag wou aannemen dat hij er mijn baas voor wou stalken, ik best ook wel mijn prijs kon stellen. (Want, eerlijk? Ik vind het wel een complimentje dat die zo navraag doet over mij en zo geïnteresseerd leek. Ik was trouwens al even in de wolken met de omschrijving die mijn huidige baas over mij had gegeven. Hij had me vergeleken met een “pitbull terriër” als het aankomt op het uitspitten van gegevens, van dossiers. Dat ik pas los als ik er zeker van ben dat ik het helemaal doorgespit heb, er niks meer van overblijft, en een volledig verslag kan afleveren.) En hey, voor deze sympathieke pitbull zal gedokt moeten worden. Allerliefste knikte meermaals van ja-hoor-schat.

Allerliefste stond uiteindelijk dan toch als eerste op om uit bad te klimmen. We waren plots tot het besef gekomen dat de poezen nog buiten op het terras zaten en niet meer binnen konden, en ik had ontdekt dat de zeep nog bij de lavabo lag. Nadat Allerliefste snel mijn rug had ingezeept en we de poezen gered hadden, voelde ik me echt stukken beter. Bye bye, lagedrukgebied van de voorbije dagen.

We gingen nog snel wat boodschapjes halen en een geroosterde kip zodat we niet uitgebreid moesten koken, en ik amuseerde me met het opsnorren van de meest waanzinnige en vrolijke liedjes op Youtube terwijl Allerliefste de aardappelen schilde.

zaterdag 26 februari 2011

Aanstekelijk enthousiasme

De dagen dat ik niet moest werken deze week, heb ik naast de occassionele paniekaanvallen, ook met nuttige dingen proberen te vullen: vacatures zoeken. Ik vond een kort vacaturetje voor dossierbeheerder in een jurische omgeving. Het leek me wel leuker om te doen dan weer op een secretariaat te belanden waar de collega's me om de haverklap even fijntjes wijzen op hun Torenhoge Verantwoordelijkheid en mijn geringe rol die hoofdzakelijk eruit bestaat hun brieven te schrijven en post te halen. Daar hebben ze, voor alle duidelijkheid, een heel verkeerd beeld van, want momenteel ben ik druk bezig alle statistieken samen te stellen en de nodige conclusies te trekken voor ons jaarverslag, een nieuwe lay-out daarvoor ontwerpend en al. Dit is een klusje waar enkele maanden in kruipen en ik ben de eerste die bij ons in het secretariaat werkt, die dit soort werk graag doet. Desalnietemin denken de anderen dat mijn job er hoofdzakelijk in bestaat om te zitten, springen en rollen als ze het zeggen.

En dat ben ik beu. Ik wil een eigen takenpakket en eigen verantwoordelijkheid en deel uitmaken van een team als gelijkwaardig teamlid, niet als de ondergeschikte secretaresse. En dus stootte ik op dat vacaturetje voor dossierbeheerder. Het voldeed aan mijn vereisten qua locatie en flexibele uren en ik had het juiste diplomaniveau. Alleen stond er niet bij welke richting je gestudeerd moest hebben, of welke voorkeuren ze hadden. Dus ik open mijn mailbox en stuur kort en bondig: 'ik vond uw vacature en heb dit vraagje: welke diploma's aanvaarden jullie voor deze job? Zijn er bepaalde richtingen die jullie zoeken?' En dat stuurde ik (in enigszins andere verwoording).

De ochtend erop vond ik dit antwoordje: 'Welk diploma heeft u?' (in deze verwoording). Ik stuurde daarom maar een beknopte uitleg over wat ik gestudeerd had, welke werkervaringen ik had en waarom de vacature mij was opgevallen en gooide mijn cv in de bijlagen. Weer hoorde ik een dag niks tot 19u 's avonds. Toen ging mijn gsm. Het was echter niet de mens van die vacature, maar mijn huidige baas. Ik verschoot me te pletter en dacht al meteen dat er een of andere ramp gebeurd was en nam meteen doodongerust op.

'Marit? Sorry, dat ik je stoor maar ik kreeg net een vreemd telefoontje.' Mijn hart sloeg een paar slagen over toen hij me begon te vertellen dat die man hem op zijn gsm gebeld had om referenties te vragen. Ik viel van mijn stoel want ik had hem helemaal zijn gsm-nummer niet gegeven (uiteraard niet!). Die man heeft dus zitten google-en. Mijn baas gaf wel toe dat het redelijk eenvoudig is om zo achter zijn nummer te komen. Oh. Help. Wat voor iemand is dit?

En natuurlijk vind ik dit heel onrechtmatig, niet correct van hem om zo te zitten surfen op internet om zijn zin te krijgen. Mijn baas zei echter ook: hij klonk heel erg geïnteresseerd en staat precies te springen om je aan te werven.

Inderdaad: de dag erna, gisteren, vond ik 's morgens een mailtje met de vraag om me te komen presenteren maandag. Het doet me duizelen. Langs de ene kant wil ik snel een nieuwe job, maar langs de andere kant zijn er al verschillende alarmbelletjes afgegaan nog voor ik er een stap over de drempel heb gezet. Al weet ik niet hoe kieskeurig ik kan zijn op dit moment, he.

Maar dat was buiten mijn – daar is ze weer – aller(momenteel een beetje bemoeizieke want overbezorgde)liefste moeder gerekend. Zij kwam ook ineens af met ''t is maar eens ideetje, he, maar...' En dan volgde een 'cunning plan': ze kende iemand die haar ontslag had gegeven diezelfde dag, tot grote consternatie van haar werkgever. Maar mijn ma zag meteen een mogelijkheid: zou dit niet iets voor mij zijn? Daarop volgde een ellenlang pleidooi over waarom ze dacht dat deze job misschien wel net iets voor mij zou zijn, met een ergerlijk aanstekelijk enthousiasme, waardoor ik op het einde er helemaal in geloofde. Ik haat het als ik zo beïnvloedbaar blijk te zijn, want één dag later zie ik de lijst nadelen bij deze job zienderogen aandikken terwijl de lijst met potentiële voordelen serieus groeit van die andere job waarvan die man mijn baas moest stalken voordat hij mij op gesprek wou uitnodigen.

Dit heeft me alleszins allemaal genoeg stof tot nadenken gegeven. Zozeer dat ik deze nacht eindelijk weer min of meer gerust kon slapen. Plots zit ik met verschillende job-opties. Dat moet dus wel in orde komen.

donderdag 24 februari 2011

Koffie koffie koffie

Ik vraag me af of ik mezelf opnieuw koffie kan leren drinken. Ik ben thee zo beu dat ik de laatste tijd al een paar keer een beker warme melk gedronken heb 's avonds voor tv. Vroeger dronk ik altijd een tasje koffie 's avonds. Ja, ik weet dat dit voor sommige mensen heel vreemd is om zo 's avonds nog thee of koffie te drinken, maar ik heb koffie leren drinken rond mijn 12de-13de. In die tijd hadden mijn ouders de gewoonte om na het eten steevast nog een tasje koffie te zetten en die traditie was zo gezellig en knus dat mijn broer, zus en ik gezellig meededen: een likje koffie, twee suikerklontjes en een sloot melk. En daar dan een koekje bij en op echte extravagante dagen ook nog een toef crème-fraîche erbovenop (op de melk-met-koffie, niet op het koekje, allez heel soms ook op het koekje). En zo heb ik dus in een mum van tijd koffie leren drinken en raakte ik nog sneller dan dat verslaafd aan het zwarte goedje.

En zo kwam het dat ik in het voorbije najaar aan vijf tot zes tassen (lees: bekers) koffie per dag zat, inclusief afkickverschijnselen op (bijna-)koffie-vrije-dagen. Ik was zelfs zo verslaafd dat ik nu nog stééds over koffie begin om de zoveel tijd (vandaag alwéér) en nog stééds goesting heb in koffie ookal lust ik het niet meer sinds ik halverwege mijn eerste en lange Decapeptylkuur eens ziek ben geweest na een tas koffie, nu meer dan vier maanden geleden. De oorzaak blijft onduidelijk en het zal altijd wel een mysterie blijven, maar ik voel me in het diepste van mijn wezen gepakt hier: ik kon mij plots van de ene dag op de andere niet meer gezellig nestelen in Mijn Verslaving. En het vreemde is dat mensen die me nu leren kennen, mij leren kennen als een thee-drinker, niet als de koffieverslaafde zoals ik me voel. Op restaurant moet ik nu vragen of ze thee hebben. Ik lijk wel een watje. Ik zou veel liever kiezen uit de vier espresso's, twee café lungo's of drie cappuccino-smaken... En ik kon alle koffiezaken in de buurt opsommen. Nu moet ik zoeken naar de plekjes waar ze lekkere thee hebben. Nog een geluk dat mijn andere verslaving niet kan afgenomen worden: chocolade. Ookal heeft dat er ook even om gespannen. Toen ik ziek werd, had ik ook chocolade gegeten en het heeft een week geduurd voor ik terug chocolade heb kunnen eten zonder er misselijk van te worden. Maar nu ben ik wel blij dat ik volhard heb.

En zo komt het dat ik me vandaag afvraag of ik het mezelf terug zou kunnen aanleren? Met dat beetje volharding?

woensdag 23 februari 2011

Een vuilnisman gelukkig gemaakt

Dit was ik nog vergeten te vertellen (hoe is het mogelijk??): ik heb vorige zaterdag nog een man of twee van de vuinisophaling gelukkig gemaakt. Allerliefste en ik zijn onze ontstopper en een paar andere zaken die onder 'klein chemisch afval' vallen, exclusief mijn naalden, gaan afgeven op een ophaalpunt.

Er was niemand. Enfin, de vrachtwagen stond er en er stonden twee mannen naast een sigaretje te roken, maar er was niemand die iets kwam afgeven. Eén van de twee was duidelijk overgelukkig eens iemand te kunnen helpen en nam onmiddellijk mijn zakje van mij over alsof het kostbare schat was en dit met een echt Dolgelukkige Glimlach en stapte ermee onverwijld de vrachtwagen in die, zo kon ik zien van waar ik stond: quasi leeg was, ondertussen ons nog nawuivend en ons een hele-fijne-dag-nog toewensend.

Man, zeg, jullie gaan me toch niet vertellen dat ik de énige ben die haar ontstopper en andere chemische brol braaf gaat afgeven?

In ieder geval ben ik nu heel trots op mezelf, kreeg ik een kus van Allerliefste en duidelijk een spreekwoordelijke kus-en-een-bank-vooruit van de sympathieke vuilnisman.

Nu moet ik enkel nog kwaad bellen naar de vuilnisophaaldienst want ze zijn al meer dan twee weken onze zakken niet komen ophalen en die beginnen serieus te stinken. Ze zijn klaarblijkelijk niet allemaal zo sympathiek als die van de speciale ophalingen. Die die ons nieuw adres nog steeds regelmatig vergeten, zijn absoluut mijn vrienden niet.

dinsdag 22 februari 2011

In kleine beetjes

Ik heb nog wat verder proberen te doen aan mijn grote kuis. Dat gebeurt altijd in kleine beetjes hier omdat ik het helaas veel te snel beu word of plots aan iets denk dat ik absoluut eerst even wil neerschrijven voor ik vergeten ben wat het was en me neerplof achter mijn laptop.

En dus kwam mijn grote kuis vandaag neer op: afwassen, afstoffen, vochtig doekje over de tv en mijn laptop halen (die nu weer heerlijk fris is) en de paar plantjes die de verhuis en de winter uiteindelijk toch niet hebben overleefd te verzamelen om dan toch maar eens weg te doen. Er is meer dan een mirakel nodig om ze tot leven te wekken en laat dat nu net zijn waar ik niet zo in blijk uit te blinken...

En zo liep ik dus weer wat verloren vandaag. Ik was vooral al blij dat ik uit bed ben geraakt samen met Allerliefste en dat we deze morgen samen ontbeten hebben. Het gaat namelijk pas heel slecht met mij als dat niet meer lukt.

Het probleem is... Ik weet dat er anderen zijn die me zullen afschieten en vinden dat ik echt geen reden tot klagen heb, maar ik ben al meer dan een week megadown. En dan word ik extra down omdat ik juist een levensgenieter wil zijn.

Ik heb een nieuw actieplan nodig. Voor we hieraan begonnen, aan de behandelingen, had ik al gehoord van lotgenootjes dat ze de jaren van behandelingen vaak als 'verloren jaren' beschouwen. Jaren van wachten, van leegte, van verlangen zonder resultaten. Mijn reactie was daarop nogal naïef en laconiek: ik zou er eens voor zorgen dat de tijd die passeert voor het gewenste resultaat bereikt is, niet te verspillen, maar nuttig te vullen. Wie bezig blijft, heeft geen tijd om te lang bij de dingen stil te staan. En ik startte met nieuwe avondlessen (intussen toch weer mee gestopt), mijn blog, leerde haken,...

Maar nu zit ik zelf weer te wachten. Nog twee weken voor de start van Poging Twee. En te wachten tot ik weer de fut vind om een grondigere kuis te houden thuis. En er is niets dat ik of gelijk wie kan doen aan de tijd die moet passeren.

De poes lijkt het niet erg te vinden. Die speelt een potje voetbal thuis.

zondag 20 februari 2011

zaterdag 19 februari 2011

Hoe meer hoe liever

Het is zaterdagvoormiddag en ik heb net mijn ontbijt op: een sloot groene thee en een perenyoghurtje. Meer krijg ik niet binnen na gisterenavond. Mijn tweede yoghurtje, perziksmaak, staat vooralsnog onaangeroerd naast mij, in het gezelschap van de prut in mijn ogen en onfrisse slaapgeur. Ik heb niet goed geslapen deze nacht. Ik dacht dat ik letterlijk ging ontploffen. Gisterenavond hadden we weer een bedrijfsetentje. Iedereen op restaurant. Ja, met die collega's en die baas die me vriendelijk gevraagd hebben om ander werk te gaan zoeken. Zonder cynisme, doch wel even duidelijk schetsen in welke sfeer het etentje plaatsvond. Ik ben gelukkig niet rancuneus en probeerde maar wat te genieten van de leuke ontspannen sfeer weg van de burelen en dossiers. En de avond begon al goed: met een glaasje champagne, en daarna op restaurant met lekkere witte wijn en een paar overijverige obers die de glazen hardnekkig bleven bijvullen zodat ik na een uur al niet meer doorhad hoeveel ik nu eigenlijk op had en daarom mijn glas een volgend uur niet meer durfde aanraken. Ik denk dat ik het zo wel binnen de perken heb kunnen houden en toen ik daarna te voet terug naar huis ging (het toeval wou dat het restaurant vlakbij was voor mij), ging dat in een behoorlijk rechte lijn. Het enige dat wat wiebelde, waren mijn voeten in mijn laarsjes met kleine hak die steevast tussen de kasseien zakten waardoor mijn pogingen in een overtuigende rechte beheerste pas veranderden in een wiebelend enkeldansje.

Maar hetgene me nog het meeste in beslag nam op de terugweg, was mijn overvolle maag. Dat dessert was superlekker geweest, een appeltaartje met bol ijs, maar was al vijf minuten na het meer dan gewillig naar binnen werken ervan veranderd in een blok cement. Thuis stond ik bijgevolg een poosje wankelend te twijfelen of ik eerst naar de wc zou gaan, of toch maar gewoon in bed zou kruipen, in de hoop dat mijn maag ook cement aan kan. Mijn maag is nu wel wat gewend als het op dessertjes aankomt, dus uiteindelijk vertrouwde ik er maar op. Met een lichtelijk onrustige slaap tot gevolg. Maar het is wel gelukt. En tot mijn grote vreugde heeft mijn wijnstrategie ook gewerkt, want een kater? Ik? Bah, nee. Ik voel me prima. Enkel wat moe en overeten, maar niet misselijk, geen koppijn, geen kartonnen mond, niks.

Dat ik gisteren kon drinken ('kon' in de zin van: op een veilig moment in de behandelingen, want we wachten nog op de start van Nummer Twee) kwam ook mooi uit, want ik had mijn baas nog maar vorige week verteld dat we Nummer Twee allicht gingen uitstellen, iets waar ik twee dagen later alweer op teruggekomen was, maar dat ik nog niet aan zijn neus gehangen had en niet bepaald van plan was om te vertellen ook. Hij moet niet weten wanneer ik start met Nummer Twee. In de plaats me daarover de kop te breken, nam ik nog een slokje van die lekkere Italiaanse wijn (ik ken niks van wijn, maar hij smaakte echt wel goed).

En natuurlijk, evidemment, zoals dat altijd gaat met een aantal jonge vrouwen in het team die of op het punt van trouwen staan, of rondlopen met samenwoon-plannen met hun buitenlandse vriend, of pas afgestudeerd zijn, hier hun eerste jobervaring opdoen om dan het carrièreleven in te stappen, werd er toch weer druk gespeculeerd over de toekomstdromen. Het was heel erg in de (een glaasje-wijn-teveel-op-en-veel-te-vrijpostige) sfeer van 'dromen, he, geen plannen. Al wat je zegt, wordt je later niet terug onder de neus geschoven' en 'dromen zijn toch onschuldig, niet?', werd er toch één van de Vragen gesteld. Niet 'wil je kinderen?', niet 'wanneer wil je kinderen?' (antwoord bij de meesten: 'oh, da's nog niet voor nu, zeh!'), maar wel deze: 'hoeveel kinderen wil je?' Jaaah! Laten we samen gezellige dromen op roze wattenwolkjes op de grote tafel gooien. Altijd een fijner onderwerp om over te praten dan lastige klanten of moeilijke dossiers. En dus hoorde ik het al snel heel stil aan:

Collega A stak namelijk meteen van wal: 'Veel!' met een Heel Brede Glimlach. Waarop er een moment van lichte verbijstering door de groep ging (ofwel projecteerde ik mijn eigen verbijstering op de korte stilte waarin mijn collega's een gepaste reactie probeerden te vinden, want collega A is een hyper-modebewuste jonge vrouw die geen grammetje teveel weegt, nooit zonder make-up haar hybride-auto zou uitstappen op haar nieuwste laarsjes. Die geen nagel zal riskeren aan het eens doen van de afwas. Zie je welk type ik bedoel? Collega A is Miss Couldn't Be More Perfect.) Natuurlijk noopte haar uitspraak om meer uitleg en dus kwam er: 'vier of vijf'. Waarop ik meteen dacht: 'man, dan ga je er toch snel aan moeten beginnen, zeh'. Collega A is toch ook al 28 of zo.

Ik was natuurlijk niet de enige die zich verslikte in haar glas wijn, mijn baas verslikte zich ook bij het horen van dit aantal. Waarop Collega A natuurlijk er meteen aan toevoegde dat ze wel gaat wachten tot ze zich bij haar vriend in het buitenland heeft vervoegd en er nog heel wat afgelachen werd dat dat niet voor morgen zal zijn met haar huidige povere vooruitgangen in het onder de knie krijgen van de razend moeilijke buitenlandse taal... Ik bedacht me dat ze beter schooljuf wordt toen ze vertelde hoe ze zichzelf als mama ziet: haar kroost mooi op een rijtje naast haar.

Yeah right!

Collega B wilt er twee, vertelde ze heel zelfzeker. Collega C hield de lippen stijf opeen. Zij laat nooit iets vallen over een eventuele kinderwens. Ze is de dertig al gepasseerd en ik denk dat ze denkt dat het allemaal zo'n haast niet heeft en denk tegelijkertijd dat ze me wel voor zal zijn. Ongetwijfeld.

Collega D is het jonge ding van het team en ze zat naast mij al even stil de gesprekken aan te horen. Zij is nog lang niet toe aan kinderen en weet ook nog niet hoeveel ze er dan wel wilt.

En dan boog mijn baas, die naast mij zat, zich naar mij: 'en jij? Nu we erover bezig zijn, wil ik het jou wel vragen.' Dat zei hij omdat hij weet dat niemand van de collega's die vraag nog aan mij zal stellen en de rest was zo druk bezig met het lachen met de idealistische plucheroze dromen van elkaar dat ze niet eens doorhadden dat ik ook in het gezelschap zat.

'Ik zal je twee antwoorden geven op die vraag. Vroeger wou ik er twee à drie. Nu ben ik al blij met eentje... en hoop ik op een tweeling. Zo heb ik er twee voor de prijs van één.' Hij lachte gelukkig met mijn toch wat wrange mopje.

'Twee dus,' zei hij. Waarop ik hem uitlegde dat ik er vroeger helemaal geen wou. Absoluut niet. Dat duurde tot ik een jaar of 22 was en toen besloot ik opeens dat als ik dan toch moeder zou worden, dat ik liefst een jonge moeder wou zijn. En toen kwam ik Allerliefste tegen en wou die absoluut geen kinderen. En daardoor hebben we jaren gediscussieerd over wel of niet, zodat we niet eens tot de discussie 'hoeveel?' kwamen.

'Ja, en toen...' en ik viel stil. Het vervolg kennen we.

'Je weet dat het soms wel snel kan gaan, he. En er zijn er die plots toch nog natuurlijk zwanger raken. Of na een kindje via IVF opeens opnieuw zwanger blijken te zijn.' (Oh ja, hij had ook die paar 'mirakelverhalen' gehoord.)

'Oh, dat weet ik,' beaamde ik. En ik vertelde ook over hoe en wanneer dat zou kunnen in mijn geval. Dat ik wel nog één natuurlijke cyclus heb gehad, en dat dit nog wel eens zal komen misschien, maar dat ik niet mag zeggen 'en nu probeer ik een paar maanden natuurlijk' want dat dat niet echt aangewezen is voor mij. Waarop hij heel verbaasd was, en ik hem heel rudimentair uitlegde wat ik heb en hoe dit opgelost moet worden (operatie, een zwangerschap of cyclusonderdrukking (lees: menopauze of de pil)) en dat ik de operatie en menopauze al gehad heb. En van de warmte-opwellingen samen met mijn ma, en dat ze mij heeft leren haken intussen zodat ik, als ik opnieuw in menopauze moet, me nu een echt bommake kan voelen. Haha.

Ik zag aan mijn baas dat hij duidelijk onder de indruk was en dat hij een beetje begon te snappen wat ik allemaal deze laatste zes maanden heb meegemaakt. En dus concludeerde ik: 'met eentje zou ik echt al heel blij zijn' en nam nog een slokje wijn.

Daarna belandden we weer in veiliger vaarwater (wat te doen de volgende keer we er eens met het team op uit trekken) en een tijdje later wandelde ik alleen naar huis. Ik probeerde Allerliefste te bellen want ik had nood aan het horen van zijn stem en ik had plots buikpijn en last van misselijkheid, maar hij nam niet op. Hij was iets gaan drinken met kameraden en hoorde zijn gsm waarschijnlijk niet.

donderdag 17 februari 2011

Afscheid van Nummer Eén

“Beste mevrouw Bremer,
U heeft momenteel geen ingevroren embryo.”

Het labo stuurt me een blaadje papierverspilling en extra-draai-met-het-spreekwoordelijke-mes. Ik was het al vergeten dat ik deze brief had ontvangen, maar vond hem bij het opruimen. Hij had in de bus gezeten op de dag dat mijn baas mij voorstelde een andere job te gaan zoeken en toen had ik niet echt de emotionele ruimte om de inhoud van deze brief te laten doordringen (inhoud waar ik trouwens al van op de hoogte was en die zelfs al besproken was in een consult).

Maar deze brief betekende nog iets: het definitief einde van poging één. Alle embryo's waren op.
Ik sta terug bij af, alleen voelt het nu helemaal anders. Ik voel me anders. Nu heb ik wel de emotionele rek teruggevonden om hier even over te mijmeren. Daarom heb ik een lijstje samengesteld van kleine en grotere veranderingen die ik heb opgemerkt in mijn leven vandaag:

- Ik kan niet meer uitslapen tot de middag in het weekend (sinds mijn lange ochtendspuitenkuur van poging 1). Voordeel is wel dat ik het gevoel heb meer te doen in mijn weekends en ik geniet wel van de stille ochtenden voordat Allerliefste het bed uitgekropen is.

- Ik ga niet meer naar babywinkels voor cadeautjes als ik het kan vermijden, want ik betrap me anders steevast op al een geboortelijst te staan samenstellen.

- Ik heb geen zin meer in een nieuw bezoekje aan mijn allerfavoriete themapark, de Efteling, sinds ons laatste bezoekje een jaar of twee geleden, iets waar we toch elke zoveel jaar naartoe trekken. Dat vind ik wel wat erger vind, want ik ga er (normaal gezien) graag naartoe.

- Ik heb sinds augustus amper nog alcohol aangeraakt, met als resultaat dat als ik nu één welverdiend glaasje drink op een veilige dag, ik meteen op mijn kop sta, karaoke kan zingen en op wonderbaarlijke wijze plots kan ronddartelen op de naaldhakken die ik nooit draag. Iets wat Allerliefste vooral heel grappig vind.

- Ik lust geen koffie meer. Het blijft pijn doen en het verlangen naar een goei tas cappuccino blijft, al ben ik intussen al vier maanden tot het zuipen van sloten thee verbannen. Tot mijn grote vreugde heb ik wel intussen ontdekt dat er bij de IKEA een cappuccinogebakje te vinden is dat net lijkt op koffie in smeuïg vaste vorm. Ik had er nog maar één hapje van op en ik voelde al al mijn koffieverslaafde smaakpapillen in explosieve extase losbarsten en dolle vreugdesprongetjes maken in mijn mond.

- Ik kan spuiten zetten bij mezelf. Straks kan ik mijn eigen bloed trekken; dat zou nu pas eens makkelijk zijn, zeg. Haha...

- Ik denk dat ik mijn pijngrens aan het verleggen ben geweest (een heel subjectief en onmeetbaar gegeven, dus weet ik dit totaal niet zeker. Ik wil het ook niet uittesten, dank u. Kan natuurlijk ook zijn dat mijn laatste regels zo weinig pijn deden omdat ik a) geen rijp gestimuleerde eierstokken had en b) ook geen mee-opzwellende endometriosecystes meer) en ik ben er wel heel zeker van dat ik mijn 'schroomheidsgrens' mijlenver verlegd heb. Zet me op een naaktstrand en ik ga rustig liggen genieten van de warme zon op mijn blote vel. Hoewel, dit wil ik toch ook nog niet meteen uittesten. Daarvoor is het toch iets te koud, zon of niet.

- Ik heb serieus liggen nadenken over een tattoo (is toch nog niet zover gekomen) en gaatjes in mijn oren (voor jullie misschien de normaalste zaak, maar voor mij van hetzelfde kaliber als een tattoo en 't is hiervoor ook nog niet zover gekomen, maar wel bijna misschien. Ik hou jullie op de hoogte.)

- Ik ben af en toe een heel slecht mens geworden: ik help niet altijd meer als ik vrouwen met kinderwagens aan een trap of zware deur zie staan, zeker niet als ik anderen zien die vast en zeker met graagte helpen. Ok, ik zal ze nooit straal voorbij lopen, tenzij ze er echt mee spelen (zo heb ik deze week een zwartrijdster-met-kinderwagen laten staan bovenaan de trap omdat ze eerst had geprobeerd om, met kinderwagen en al, op mijn kosten door het metropoortje te glippen en zo niet, he. De veel te goedgelovige man naast mij liet zich wel vangen en liet ze erdoor op zijn kosten (met als resultaat dat hij een nieuw ticketje voor zichzelf moest kopen want hij kreeg het poortje natuurlijk geen tweede keer open met zijn abonnement en zij was al weg, he. Enfin, ver was ze nog niet geraakt: even verder stond ze vast bovenaan de trap met haar nieuwe en zware kinderwagen, waar ik ze toch mooi liet staan. Tot mijn grote verkneukelpret, liep hij haar even later wat zuur lachend eveneens voorbij. Gnagnagnah!)). Kinderwagens, smekende glimlachjes en blinkende oogjes hebben gewoon geen enkele invloed meer op mij.

woensdag 16 februari 2011

Kop of munt?

Uitstellen of niet? Kop of munt? Ik blijf er over twijfelen tot ik er helemaal uitgeput van ben. Ik heb dan maar gewoon gebeld en de verpleegster aan telefoon de hele boel uitgelegd. En toen ze me zei dat het geen probleem was om de pil een paar dagen langer te nemen en toch gewoon te starten, was ik opeens heel blij en opgelucht en wou ik helemaal niet meer uitstellen.
En dus zei ik tegen haar: 'doen we!'

En tegen Allerliefste zei ik: ik gok op alle paarden tegelijkertijd: ik ga én voor poging twee, én voor een andere job, én - in tussentijd - voor een betere sfeer op het werk.
En dat laatste lukt alvast wonderwel. Elke dag gaat het weer een beetje beter op het werk.

Ik heb besloten dat ik al veel te veel tijd verloren ben met het blijven uitstellen van mijn kinderwens door vroegere jobperikelen met tijdelijke jobs enzo, en er zal altijd wel een reden zijn om het weer uit te stellen. Die tijd is voorbij.

En Allerliefste was volmondig akkoord.

dinsdag 15 februari 2011

In geval van nood

Noodprocedure:
1.Blijf kalm.
2.Zorg eerst voor jezelf: zet eerst je eigen zuurstofmasker op en help daarna pas de mensen naast je.
3.Hou je hoofd tussen je knieën, hou deze houding aan tot het toestel veilig geland is.
4.Bid. (Onder het motto: 'Baat het niet, dan schaadt het niet.' En als agnost heb je een hele lange rij goden toe te spreken, dus ben je wel even zoet.)

Crash-down:

Noodprocedure: vertrouwenswekkend op voorhand, maar akelig ontoepasbaar in momenten van nood.

Crash-down: neerstorten

Janken: zelfbeheersing dat gaan lopen is

Snotteren: snot en slijm die zich langs alle gezichtsopeningen een weg banen

Huilen: wat tranen, wat zakdoeken, een tasje thee en een 'kom op, alles komt wel weer in orde'- schouderklopje of -knuffel. Niet van toepassing in geval van crash-down.

Schouderklopje: doekje voor het bloeden. Niet van toepassing bij crash-down.

Knuffel: in normale omstandigheden hartverwarmend. Te vermijden tijdens crash-down want kan een ongemeen felle worsteling tot gevolg hebben. Tijdens crash-down is het ieder voor zich.

Zakdoekje: in normale omstandigheden handig bij een lopende neus. Tijdens crash-down echter niet meer dan een verfrommeld hoopje met de pretenties van een handdoek, maar met de prestatiekracht van één wc-papiervelletje tegen een vlaag van buikloop: totaal niet bestand tegen een zondvloed.

Wanhoopskreet: veel voorkomend fenomeen in noodsituaties. Beheersing dat in staking gaat wegens onbetaalde overuren zonder enige vorm van compensatie.

Wanhoop: een slecht moment om over existentiële vraagstukken te beginnen

Eindeloos geduld: een begripvolle Allerliefste en een medelevende moeder aan de andere kant van een ondergesnutte telefoon die verrassend waterbestendig blijkt te zijn.

Waterbestendig: mijn bovenvermelde in het snot en slijm gedrengde telefoon terwijl ik in een mega-crash-down met mijn ma aan de telefoon hang en de bovenvermelde gebruikelijke noodprocedure het heeft laten afweten.

Mijn ma: golfbreker

Allerliefste: blonde vuurtoren die als de storm weer gaan liggen is, me veilig naar de zetel kan loodsen.

Wat is er gebeurd? Ik ben gisteren gecrasht. De emmer stroomde plots over, de bom barstte, de maat zat overvol. Toen mijn ma een op zich onschuldige vraag stelde ('hoe gaat het met je?'), kwam alles eruit, en met 'alles' bedoel ik werkelijk Alles, ook dingen waarvan ik niet eens wist dat ze erin zaten. Ik wist niet dat ik zoveel snot en slijm kon uitstorten, maar heb ook een aantal dingen staan roepen waarvan ik niet wist dat die me parten speelden.

Onze eerste IVF heeft als resultaat gehad dat ik gewoon helemaal vertwijfeld ben achtergebleven. Ik weet niet wat nu gedaan. Ik weet niet hoe het verder moet. Ik weet niet of ik nu wel wil dat er een tweede poging komt. Ik weet niet of ik kinderen wil tegen deze kost. Ik weet niet of ik het waard ben om kinderen te hebben en ik kan me helemaal niet meer voorstellen dat ik ooit kinderen zal hebben.

Ik denk dat ik morgen ga bellen om te vragen om onze volgende IVF uit te stellen. Ik moest toch nog bellen omdat ik niet op de eerste bloedtest aanwezig kan zijn. Misschien moeten we maar de boel volledig met een maand of zo uitstellen. Dan kan ik mijn energie even in iets anders steken: een nieuwe job zoeken.

maandag 14 februari 2011

Dolletjes

Na het slechte nieuws van vrijdag kon ik wel een opkikker gebruiken. Daarom begonnen we onze citytrip maar wat verder voor te bereiden. Niets kan zo wonderen doen voor een mens zijn humeur als een prettig vooruitzicht. En mijn broer heeft ons gisteren zijn reisgids gegeven en iedereen komt met allerlei leuke tips af en plots heb ik er toch weer zin in gekregen.

En zin hebben in iets is altijd beter dan hoe ik me gisterenavond voelde: toen wou ik huilend weghollen bij mijn broer. Dat komt niet door hem, zeh, noch door mijn schoonzusje. Wel door hun hond (en mijn gevoel van eigenwaarde dat de laatste dagen toch nogal deuken te verwerken heeft gekregen).

We waren voor de eerste keer uitgenodigd bij hen. Mijn broer is onlangs ingetrokken bij haar, en we waren daar nog niet geweest (is in een heel andere stad en voelde dus als een heus uitstapje), dus wij op bezoek en meteen blijven eten. Zij enthousiast, wij enthousiast, de hond het enthousiaste. Ikke: mijn regels dus extra gevoelig voor hondenneus-in-kruis en omdat de geur van maandstonden zo onweerstaanbaar blijkt te zijn, bleef dat beest maar naar mij toe hollen en zijn neus in mijn kruis steken en springen en blaffen en weer naar mijn kruis gaan. Het spelletje duurde wel een kwartier en in het tumult probeerde ik wanhopig een meegenomen cadeautje af te geven aan mijn schoonzusje, me niet kwaad te maken doch de hond stevig weg te duwen, te blijven lachen van 'het is niet erg, honden kunnen zo enthousiast zijn, he', en een niet mis te verstane blik naar mijn broer te zenden van 'haal dat beest in godsnaam van mij weg'. Hij keek onbeholpen terug. Het is niet zijn hond en het is wel duidelijk wie hier thuis de plak zwaait. Mijn broer is een schat, en mijn schoonzus ook, maar man, zij heeft duidelijk karakter voor twee, en haar hond buiten zetten was duidelijk niet iets dat er meteen bijhoorde. Het beest leren zitten of liggen op commando helaas ook niet, waardoor ik uiteindelijk slecht één uitweg zag: richting wc vluchten, vervolgens in de keuken echter ingehaald werd door het dolle beest, waar mijn broer uiteindelijk inzag dat deze kolder niet verder kon en het beest buiten duwde. Ik had effe nodig op de wc om te bedaren en de hond had buiten effe nodig om af te koelen. Hij bleef blaffen tot hij weer binnengelaten werd, maar tegen dan zat ik al veilig in de zetel en werd hij uiteindelijk toch rustig.

De rest van het etentje verliep relatief vlotjes al moet ik zeggen dat met de valse notenrij aan het begin van het etentje en al het slechte nieuws dat ik op één week te verwerken heb gekregen, mijn humeur in scherven aaneen hing en mijn pogingen op luchtige conversatie en mopjes regelmatig wat wrang overkwamen. Ik had de sfeer niet willen breken met al het slechte nieuws, maar vertelde uiteindelijk toch maar over wat er op het werk was gezegd (ik was duidelijk mezelf niet en ik wou niet dat ze dachten dat dit door de memorabele ontvangst van de hond kwam), waarna mijn schoonzus heel begripvol en opgelucht reageerde en we dit onderwerp samen helemaal uitspitten.

zondag 13 februari 2011

Moed gevraagd (m/v)

Vandaag aan het surfen geweest. Vreemde vacatures toch, die je soms vindt. Zo las ik bij één van de vacatures vandaag bij het profiel: “geduld en moed om de laaggeschoolde collega's die je begeleidt te woord te staan.”

Moed?? Moet ik moed hebben om mensen te woord te staan? Wat voor onmensen zijn dit dan? Sinds wanneer heeft iemand moed nodig om de laaggeschoolde medemens 'te woord' te blijven staan? Ik heb al genoeg samengewerkt met 'laaggeschoolde collega's' en nog nooit 'moed' nodig gehad om hen te woord te staan. De meeste waren bijzonder bijdehand, pragmatisch (I like!) en goed in hun werk. Hadden vaak zelfs een prettig gestoord gevoel voor humor en hebben alleen door omstandigheden hun diploma niet behaald, en ik stond hen niet te woord, we praatten en overlegden samen.

zaterdag 12 februari 2011

Slechtnieuwsgesprekken en haken volgens het boekje

Gisteren had ik een slechtnieuwsgesprek volgens het boekje. Omdat ik nog niet tot nadenken in staat was, postte ik thuis dus maar het stukje dat ik eerder geschreven had en op publicatie wachtte, ookal stond mijn kop er natuurlijk helemaal niet naar.

Maar dus het slechtnieuwsgesprek. Jullie zullen wel al doorhebben dat ik helaas het gesprek niet voerde. Ik zat aan de kant van de tafel waar het slechte nieuws harde klappen uitdeelde. Mijn baas heeft me vriendelijk erop gewezen dat ik misschien niet meer langer moet twijfelen over mijn carrière-opties. Dat hij me het niet heel erg kwalijk zou nemen als ik een andere (voltijdse) job zou zoeken. Mijn loyaliteit, na hun loyaliteit, word erg heel erg gewaardeerd, maar kom, je past toch niet helemaal in ons plaatje. Hij vond het zelf heel frustrerend dat het zo moeilijk was om te zeggen waarom precies, maar de conclusie was wat het was: je past in deze job als een pizza in een taartvorm (het gaat wel, maar niet van harte).

Het gesprek verliep overigens volledig volgens het boekje: hij bracht het nieuws zonder veel omhaal. Ik had ruimte voor het tonen van emoties en andere reacties (totale apathie afgewisseld met vlagen van bijna panische angst bij de gedachte aan 'wat nu?'). Mijn baas liet me daarna in alle rust aan mijn bureau een half uurtje het nieuws verteren (half uurtje werd een uurtje omdat hij er iets belangrijks tussenkreeg, waardoor ik als een gek aan het vacature-surfen ging), voordat we het gesprek verder zetten en het weer over de toekomst hadden (alles wat me maar enige houvast kon geven dat er nog een toekomst was voor mij). Voor alle duidelijkheid: hij ontslaat me niet en zal dat ook niet doen, maar wees me gewoon op het feit dat ik elders misschien een job zal vinden die meer mijn ding is, een pizzabakplaat in plaats van de taartvorm waar ik inzit.

Ik kan niet ontkennen dat hij wel gelijk heeft, maar kon het toch niet helpen dat er gisteren weer flink wat tranen vloeiden thuis. Ik denk dat daarmee poging twee van onze behandelingen voorlopig voor onbepaalde duur is uitgesteld. Ik denk dat ik me beter weer even concentreer op een goede job vinden, die liefst te combineren valt met mijn behandelingen (dus: geen vaste uren, in de buurt van het Centrum of bij ons in de buurt). Rest me enkel nog het Centrum te bellen en in de vacatures te duiken.

Ik ben alleen zo kwaad nu. Had deze week er nog het beste van proberen te maken. Natuurlijk had ik mijn regels al voelen aankomen. De dag na de consultatie kon ik ze al voelen aankomen. En dus had ik met een vriendin afgesproken kwestie van mijn gedachten te verzetten. Gezellig een paar winkeltjes gaan doen en daarna een paar glaasjes (warme choco en dergelijke) gaan drinken. We hebben alletwee niet veel geld op de rekening staan voor uitspattingen dus hielden we ons in. Ik keerde naar huis met een haakboekje van 6 euro, een nieuwe haaknaald van 3 euro en een schorre stem van uren getetter.

En ik ben ook nog met mijn ma op pad geweest eergisteren. Ze had nog een cadeaubon van een hobbywinkel en kocht me een goede draad om mee te leren haken. En daarna leerde ze me haken terwijl we in een betere lunchroom een broodje aten. Het zat er vol zakenvolk, maar we trokken er ons lekker niks van aan. Ik voelde me een echte artieste, zo zitten haken in het openbaar. En rarara: na een kwartiertje al had ik eindelijk onder de knie hoe ik stokjes moet haken, linkshandig dan nog wel. We gingen eigenlijk nog een paar winkels doen, maar ze konden de boom in. Ik zat lekker te haken en mijn ma zat lekker de gesprekken rondom ons af te luisteren en samen gniffelden we erover.

Nu ben ik kwaad en gefrustreerd en ligt mijn kersvers haakwerkje (samen met Poging Twee?) alweer opzij. Vandaag begint het solliciteren.

vrijdag 11 februari 2011

Toch niet zo simpel allemaal

Enkele dagen geleden hebben we ons nieuw schema gekregen, met alle nodige uitleg, planningen, medicijnenvoorschriften, kamerreservaties (in het ziekenhuis), administratieve afhandelingsdocumenten en zelfs een heel nieuwe doos met fonkelnieuwe naalden erbij.
Vandaag krijg ik mijn regels.

Dat op zich is al vrij ergerlijk als je zoals mij probeert zwanger te geraken (dus het is ook niet op bio-wijze gelukt tussendoor). Maar wat het nog helemaal ergerlijk maakte, is het eenvoudige rekensommetje dat ik vandaag maakte: Vandaag starten met de pil, 21 dagen pil slikken, dan regels krijgen ongeveer drie dagen later en starten maar... (zie vorige post). Alleen zitten we dan in Berlijn! Net op de dag dat ik mijn regels zal krijgen na een hele strip van de pil te hebben genomen, zal ik niet naar de, wat ik toch aanneem dat belangrijkste bloedprik is, kunnen gaan: de eerste, de basisprik, het ijkpunt, de nulmeridiaanprik.

Is dit nu niet echt iets om van tegen het plafond te gaan plakken? Morgen toch maar beter even het Centrum bellen om te horen wat het Orakel hierop te zeggen heeft en misschien ook even volgende advertentie verspreiden:
Gezocht: onafhankelijke, vrijwillige en discrete planner (M/V) voor het inplannen van onze tweede IVF-poging in onze agenda's.
Profiel:
- Kennis van de vrouwelijke cyclus en de pil
- het vermogen om complexe problemen op te lossen naar ieders tevredenheid
- goedgehumeurd, goedlachs en goed... euh goedwillig zijn
- onuitputtelijk vermogen tot begrip, geduld en diplomatie (ik zou persoonlijk niet graag tussen mij, mijn regels en mijn agenda komen te zitten, als je begrijpt wat ik bedoel.)
- onmiddellijk, onverwijld kunnen starten. (En dan bedoel ik wel degelijk: nu meteen.)
Taken:
Mijn agenda en cyclus ten gronde bestuderen en de zo spoedigst mogelijke periode vinden waarin poging twee echt van start kan gaan.

Toch niet zo moeilijk? Wat krijg je van mij in ruil? Een lieve vermelding op mijn blog en een referentiebrief.

Ach, en moest dit niet lukken, kan ik altijd nog een zoekertje plaatsen voor: 'gezocht: mirakel'.

dinsdag 8 februari 2011

Zo simpel allemaal

'You see? So this is a classic IVF. The Sperm is OK and her eggs too, but they cannot find eachother in the womb.'

De dokter zit achter zijn bureau met een oervlaams accent, rechtgetrokken en geboetseerd uit de puurste Vlaamse klei, tegen een jong meisje uitleg te geven over onze tweede IVF-poging. Het meisje is een Spaanse studente Vroedkunde en heeft moeite om geboeidheid te tonen nadat ze duidelijk moeite heeft gehad om enigszins wakker te blijven tijdens ons gesprek waar ze geen yota van begreep wegens ons oervlaams. Ze knikt beleefd op deze wel heel simplistische voorstelling van onze situatie. Hier zal ze waarschijnlijk heel veel wijzer mee geworden zijn, bedenk ik me.

Gelukkig zijn wij wel wat wijzer: zo ziet onze nabije toekomst eruit (en daar heb ik dus geen glazen bol voor nodig gehad, enkel een afspraak in het Centrum):
Wachten op mijn regels. De pil nemen (één volledige strip). Na deze 21 dagen wachten op mijn regels. Dag één van mijn bloedingen: bloedprik. Dag twee: starten met Décapeptyl. Dag drie: starten met Menopur.
Dit is mijn IVF-schema voor poging nummer 2.

Het meest verrassende nieuws van de dag was dit: omdat het de tweede poging is, mogen ze één of twee embryo's terugplaatsen. * (Lees: Ik frons mijn wenkbrauwen. Twee embryo's?)
Waarop de dokter: 'ja, slechts eentje als het een topembryo is, maar als de kwaliteit wat minder is, dan mogen we er twee terugplaatsen om de kansen te verhogen.'
Oh...
'En bij de derde poging twee,' vervolgt hij, 'maar laten we hopen dat dat niet nodig zal zijn.' (Die derde poging dus.) Het klinkt alleszins zo eenvoudig allemaal dat het wel niet meer kan mislopen, zeker?

maandag 7 februari 2011

Ophaling zoek

Niet veel nieuws te melden vandaag. Behalve misschien dit: ik heb mijn klein chemisch afval niet kunnen deponeren op het ophaalpunt, want ik heb het niet gevonden. Misschien moet ik er toch eens mee naar het containerpark fietsen? Wordt ongetwijfeld nog vervolgd...

zaterdag 5 februari 2011

Embryo-kwestie

Da's nu verdorie al van in oktober dat ik deze blog bijhoud, en ik ben er nu ineens over aan het twijfelen gegaan: is het 'embryo'tje' of 'embryootje'? Is het 'cryo'tje' of 'cryootje'? 'Eskimo'tje' of 'eskimootje'?
Wat een zoo'tje...

Om van deze kopbreker te bekomen, zijn we maar onze citytrip gaan boeken. We gaan naar Berlijn. Het ligt vast nu.

vrijdag 4 februari 2011

Tijdig bedacht

Ik ben toch maar niet op de fiets gesprongen en naar het containerpark gefietst. Ik bedacht me ineens hoe die mannen zouden reageren op een dolle fietsster die daar komt opdagen met een nog bijna volle bus ontstopper (in een glazen Oxfamfles), een zakje batterijen, oude gsm's en een doosje injectienaalden. Megacombinatie... Ik denk dat die mij vriendelijk zouden onthalen, en dat ik me vijf minuten later zou zitten afvragen waar die aanzwelende commotie voor ontstaat: 'die sirenes komen precies dichterbij. Er is precies iemand in grote problemen vlakbij.' Ok, ik zal het toegeven: ik durfde uiteindelijk niet. Iedereen gaat met de auto naar het containerpark. Ik wou niet als krankzinnig bestempeld worden en dan het idee dat ze daar mijn doosje met naalden zouden bovenhalen voor de blikken van alle wachtende auto's achter mij... Of gekker nog: dat ze mijn doosje naalden respectloos in een grote container zouden werpen vol grofvuil (de mannen in het containerpark bij ons in de buurt zijn nogal 'nonchalant'. Alles is grofvuil. Punt.) Ik kon het dus niet opbrengen.

En zo komt het dat de bus ontstopper bij de vuilbakken staat voorlopig en volgende week naar de ophaling van het klein chemisch afval zal gaan. De injectienaalden, die gaan naar de apotheek, mijn batterijen deponeer ik volgende keer als ik boodschappen ga doen wel in de doos in de supermarkt en mijn gsm's in de eerste de beste elektrozaak die ze willen aannemen.

En na mijn poging tot opruimen van gisteren, heb ik opnieuw contact opgenomen met het Centrum. Ze hebben ons uitgenodigd voor een nieuwe consultatie volgende week al. Poging twee doemt met een rotvaart op aan de horizon. Dit gaat alweer heel erg snel.

donderdag 3 februari 2011

Klein chemisch afval

De ontvangstceremonie is niet doorgegaan. De hoofdgast is niet komen opdagen wegens jammerlijk overlijden. Mijn eskimo'tje is in plaats van naar mijn buik, naar de vuilbak gegaan (of het labo misschien voor nog wat extra testen?).

*kleine zucht (het gaat goed met me. Dank je. Nee, echt, het gaat prima. Gisteren meteen na het nieuws mijn jas aangetrokken en de rest van de middag gaan winkelen. Enfin, mijn portefeuille had niet veel te bieden, dus werd het eerder snuisteren en ronddwalen. Een paar nieuwe en goedkopere accessoires gekocht. Gisterenavond languit in de zetel gehangen samen met Allerliefste en niks gedaan.)

Het lijkt misschien wat respectloos ten opzichte van mijn wijlen embryo'tje, maar om bij het thema vuilbakken te blijven: ik ga hier vandaag grote kuis doen (kwestie van gewone bezigheidstherapie om te vormen tot een heuse win-win-situatie; hoofd én huis opruimen. Alle rommel buiten vegen). Ik kwam echter niet zo heel ver tot er een kleine doos van Pandora openging. Tot mijn grote ontzetting ontdekte ik bij het opruimen van de eerste keukenkast die ik opentrok dat er niet alleen nog steeds een bus Ontstopper stond, maar dat die een beetje gelekt had ook. Deze bus was ooit tot mijn afschuw gekocht door Allerliefste toen we in ons oud huurappartementje regelmatig met een verstopte lavabo kampten. Sindsdien ben ik redelijk vaardig in het ecologisch ontstoppen daarvan: lavabo even opengooien, prop haren en drap eruit vissen, doorspoelen en terug ineen schroeven. Ik heb duidelijk een roeping als loodgieter gemist ergens in mijn leven... Ik zag hem met die bus thuiskomen en ik zwoer hem dat ik die brol niet meer zou gebruiken, allez, toch nadat we hem één keer geprobeerd hadden en achteraf bleek dat dat spul een rechte weg door de (plastic) zwanenhals van de afvoer had gevreten. Mijn pa was 'to the rescue' moeten komen met wisselstukken en zo had ik geleerd hoe het wel moest.

En sindsdien is die bus ergens in een vergeten hoekje geraakt (moest eigenlijk al lang naar het containerpark gebracht geweest zijn) en tenslotte mee verhuisd (toen was het te druk met het naar het containerpark brengen van onze kapotte meubels, oude elektro uit de kelder, etc etc). En nu stond die dus onderaan in de kast onze nieuwe kast kapot te maken door het gedrup. Hoezeee!

Even internet opengedaan: wanneer is er hier in de buurt een ophaling van klein chemisch afval? Volgende week. Niet slecht. Ik had gevreesd dat ik een maand zou moeten wachten.
Alleen zat ik hier gelijk te denken: misschien kan ik beter even op de fiets springen en naar het containerpark fietsen met àl mijn klein chemisch afval. Wordt daar namelijk ook onder verstaan: injectienaalden. Oh, hey, daar heb ik ook nog een doosje van staan dat ik eens naar de apotheek wou terugbrengen. En als ik dan toch naar ginder ga, dan kan ik evengoed mijn twee of drie oude gsm'en en bijhorende opladers wegbrengen. Dan ben ik daar ook van af. En da's beter dan dat te willen gaan afgeven in een winkel, waar ze toch verwachten dat je eerst iets anders koopt voor ze ook iets willen terugnemen. En zo moet ik maar naar één plaats in plaats van twee of drie.

Bleef er enkel nog een goede oplossing zoeken voor het probleem van de lekkende plastic fles. Zo kon ik die onmogelijk gaan afgeven. Toen ik hem ophield, zag ik wel degelijk af en toe een druppeltje ontsnappen. Heel traag en weinig, maar toch niet mis te verstaan: er zat een onzichtbaar lekje in. Gelukkig had ik nog een glazen fles met afsluitdop staan. De inhoud paste er perfect in. Ik slaagde er zelfs in het zonder morsen over te gieten.

woensdag 2 februari 2011

Ontvangstceremonie

Ik zit nerveus mijn best te doen niet teveel op de klok te kijken. Voor 11u gaan ze bellen met nieuws over of ik al dan niet kan doorgaan met de laatste voorbereidingen voor de ontvangstceremonie voor onze eskimo-embryo. Ik ben al uitgebreid aan het douchen geweest. Straks weer naar het Centrum, weer in zo'n hemdje, weer op zo'n bed,... Weer staan twijfelen in de badkamer of ik de stoppels van mijn benen zou scheren. Mijn luie kant en de protesten van mijn extreem gevoelige huid winnen het pleit. De dokters moeten maar tegen een stoppel meer of minder kunnen. Die zullen wel al wat gewoon zijn, denk ik.

Trouwens, kan iemand me uitleggen waarom ze bij ons in het Centrum geloven dat je voor het terugsturen naar afzender van je embryo'tjes, je volledig naakt moet zijn (ik bedoel volledig, he, niet alleen broek of rok uit, en in je blote billen op zo'n bed gaan liggen. Nee, compleet Full Monty met zo'n modieus ziekenhuishemdje als spreekwoordelijk schaamlapje? Of heeft er iemand mij gewoon een goeie loer gedraaid vorige keer?)? Of waarom ze denken dat je daardoor plots niet meer kan rondlopen want ze vinden het absoluut nodig om je met bed en al naar het Sanctuarium te rollen voor de ontvangstceremonie. En aangezien die ceremonie zo'n ware uitputtingsslag is (niet dus), word je nadien nog een uur aan het bed gekluisterd. En voor wat? Geen enkele studie heeft bij mijn weten kunnen bevestigen dat een uur platliggen de innesteling (die denk ik meerdere dagen nodig heeft) te bevorderen. Ik vond het vorige keer maar zenuwslopend en ik had het koud. En mijn boek was helemaal niet zo'n geweldige lectuur. En ik moest dringend naar de wc, maar hey, lees gerust even 'Een Wit Stipje', mijn post uit december, voor een flash-back.

...

Nog steeds geen nieuws. Grrrr...